Lydia van Houwelingen is vrijwilliger bij het taalcafé in ontmoetingscentrum De Walvis. Iedere vrijdagavond oefent ze hier Nederlands met mensen die de taal aan het leren zijn, onder andere veel bewoners van de hotelboot.
Fietsmaatje en taalmaatje
“Mijn 1e contact met de vluchtelingen was als fietsmaatje. Ik las een artikel in het kerkblad met de oproep om vluchtelingen te leren fietsen. Ik heb 8 weken lang iedere week fietsles gegeven aan een vluchteling, hartstikke leuk.” Deze weken werden afgesloten met een fietsexamen door de wijk. Iedereen slaagde en kreeg een fietsdiploma uitgereikt door burgemeester Verhoeve. Na dit officiële moment was het tijd voor een feestje om dit te vieren met de hele groep. De fietsles stopte, maar in de appgroep van de fietsmaatjes-vrijwilligers kwam een oproep om mee te helpen bij een wijkfeest in De Walvis. Daar hoorde Lydia over het taalcafé: “Het leek me leuk om iets met taal te gaan doen, dus ben ik een vrijdagavond gaan kijken. En ben er niet meer weggegaan. Het is zo bijzonder om zo met die mensen in contact te zijn. Ik ga graag naar het taalcafé en kom er met een nog blijer gevoel van terug.”
Lydia is ook een paar keer op de boot geweest: “De 1e keer was ik benieuwd hoe mijn fietsmaatje daar woonde. Hij nodigde mij en een andere vrijwilliger uit om de boot van binnen te zien. . Je merkt dan meteen hoe vriendelijk die mannen allemaal zijn. Je komt er ook niet weg zonder iets te drinken, de hartelijkheid straalt er vanaf. Daarna ben ik nog een paar keer op de boot geweest, onder andere met mijn dochter na de voetbalwedstrijd tussen de bootbewoners en ONA. Vanuit het taalcafé ken ik nu meer mensen. Als ik hen tegenkom in de wijk, word je door hen herkend en begroet en maak je een praatje, wat natuurlijk heel leuk is.”
Dankbaarheid
“Mijn ervaring met de mensen van de hotelboot is positief. Ze doen hun best om de taal te leren en willen heel graag. Ze zijn één en al dankbaarheid en willen dat ook tonen.” Zo hebben de bootbewoners in januari een avond in de Walvis met eten en cadeautjes voor de vrijwilligers georganiseerd als bedankje voor alle hulp. En in april organiseerden zij een iftar, waarbij ze zelf de maaltijd hebben bereid. Lydia: “Kippenvel hoe ze dat dan organiseren. Eten zorgt altijd voor verbinding. En dan bereiden ze ook nog een praatje voor en geven het woord aan anderen, omdat ze benieuwd zijn naar hoe anderen het ervaren. Het is een toffe groep mensen waar het ook gewoon gezellig mee is. Je helpt ze, maar krijgt er ook iets voor terug. Je gunt ze daardoor zoveel. Ik hoor ook wel de strijd en de moeilijkheden. Het is treurig dat ze hun families achter hebben moeten laten, ze zijn hier alleen en hebben alleen elkaar. Dus dat beetje menselijkheid dat je op zo’n vrijdagavond kunt geven, dat koesteren ze. Ze hebben mij echt in het hart geraakt.”